KCVG

Het Kenniscentrum Verzekeringsgeneeskunde (KCVG) is in 2005 opgericht om wetenschappelijk onderzoek op het gebied van de verzekeringsgeneeskunde te bevorderen en meer wetenschappelijke onderbouwing aan de verzekeringsgeneeskunde te geven. Het KCVG is een initiatief van UWV, het Academisch Medisch Centrum (AMC) van de Universiteit van Amsterdam en het VU medisch centrum (VUmc). Sinds 2010 is ook het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) formeel partner. Per 2015 is de samenwerking tussen de universiteiten en UWV opnieuw verlengd voor de duur van 5 jaar.

Promoties

Er lopen binnen het KCVG tal van onderzoeksprojecten. Nieuwe projecten worden getoetst aan de UWV Kennisagenda en moeten zich richten op praktijkgerichte en voor de verzekeringsgeneeskunde toepasbare uitkomsten. Verzekeringsartsen kunnen promotieonderzoek doen, begeleid door senior onderzoekers. Inmiddels zijn meerdere artsen van UWV bij het KCVG gepromoveerd in het kader van de UWV‑leerstoel Academisering van de Verzekeringsgeneeskunde. UWV staat daarbij garant voor de financiering van al gestarte promotietrajecten. In 2017 zijn weer 2 verzekeringsartsen gepromoveerd.

Op 19 januari 2017 is Martine van Egmond gepromoveerd op het proefschrift Return to work in cancer survivors with job loss. Uit dit onderzoek blijkt dat een werkhervattingsprogramma voor vangnetters met een kankerdiagnose niet leidt tot een statistisch significante verbetering in tijd, in vergelijking met de gebruikelijke begeleiding van UWV. (Vangnetters zijn bijvoorbeeld zieke werklozen en zieke uitzendkrachten, die geen werkgever hebben die voor hun verzuimbegeleiding en re‑integratie verantwoordelijk is, en daarom onder het vangnet van de Ziektewet vallen.) Implementatie van het programma in de huidige vorm is dan ook niet aanbevolen. Er waren echter veel goede ervaringen met gespecialiseerde vormen van coaching die een plek kunnen krijgen in de gebruikelijke begeleiding van UWV.

Lieke Lammerts is op 21 april 2017 gepromoveerd op het proefschrift Return to work of workers without an employment contract, sick‑listed due to a common mental disorder, over de re‑integratie van vangnetters met psychische klachten. Ook uit haar onderzoek blijkt dat een nieuw begeleidingsprogramma er niet voor zorgde dat UWV‑klanten sneller en voor een langere tijd weer aan het werk konden. Ze vond wel meerdere belemmeringen voor een succesvolle re‑integratie en bracht in kaart welke inzichten wel kunnen helpen om de re‑integratie van deze kwetsbare groep in de toekomst te verbeteren.

Werkconferentie

Het KCVG organiseert jaarlijks een werkconferentie, die in 2017 in het teken stond van de samenwerking met de academische werkplaatsen. Daarnaast vindt eens per jaar in december het Muntendam Symposium plaats. Daar kunnen verzekeringsartsen, bedrijfsartsen, beleidsmakers, onderzoekers en andere geïnteresseerden kennisnemen van ontwikkelingen en initiatieven op het gebied van innovatie, onderzoek en onderwijs in de verzekeringsgeneeskunde. Centraal thema dit jaar was Werken met niet‑aangeboren hersenletsel. Dit thema werd vanuit de academie, de praktijk van de verzekeringsarts, de werkgever en de patiënt zelf belicht.

Lopend onderzoek

Speciale aandacht was er voor het promotieonderzoek van Birgit Donker‑Cools, die de afgelopen jaren bezig is geweest om de richtlijn Niet‑aangeboren hersenletsel (NAH) en arbeidsparticipatie voor de verzekeringsarts te ontwikkelen. Momenteel worden er trainingen aan verzekeringsartsen gegeven over het toepassen van de richtlijn en wordt de effectiviteit ervan getoetst. Birgit Donker‑Cools zal haar proefschrift naar verwachting in maart 2018 afronden.

De laatste jaren is er veel aandacht voor ‘supported employmentinterventies’, zoals de methode Individuele plaatsing en steun (IPS). Hierbij wordt iemand door een trajectbegeleider uit een ambulant behandelteam van een ggz‑instelling intensief begeleid om snel een baan te vinden. Vervolgens vindt er ondersteuning of training op de werkplek plaats. Onderzoek van verzekeringsarts in opleiding Yvonne Suijkerbuijk heeft aangetoond dat mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen zoals schizofrenie 3 keer meer kans hebben om een betaalde baan te vinden en vaak ook langer aan het werk blijven dankzij supported employment. In het onderzoek werden geen aanwijzingen gevonden voor een verhoogde kans op negatieve gezondheidseffecten door supported employment.