Dienstverlening om WW’ers en werkgevers bij elkaar te brengen 2018

Ons doel is dat zo veel mogelijk WW’ers weer aan het werk gaan. Niet iedereen slaagt daar op eigen kracht in. Met het extra geld dat het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) ons heeft verstrekt, kunnen we WW’ers die dat nodig hebben meer ondersteuning op maat bieden. We maken de klant vindbaar voor werkgevers, bieden de klant passende dienstverlening en houden contact om te weten wat de voortgang is en of het nodig is onze dienstverlening aan te passen. Als eerste stap bepalen we met behulp van de Werkverkenner de positie van de klant op de arbeidsmarkt.

 

2018

 

t/m augustus

Aantal WW'ers ingestroomd in dienstverlening gericht op werk

203.400

Met een zwakke of matige arbeidsmarktpositie

41.900

Met een goede of zeer goede arbeidsmarktpositie

93.100

WW'ers die de Werkverkenner niet hebben ingevuld

68.400

31% van de klanten die de Werkverkenner invult, heeft een zwakke of matige arbeidsmarktpositie. Van degenen die de Werkverkenner niet hebben ingevuld, heeft een deel inmiddels al werk gevonden of heeft werk in het vooruitzicht, een ander deel is niet‑digivaardig. Deze laatste groep nodigen we uit voor een gesprek.

Werkoriëntatiegesprekken

We hebben in de eerste 8 maanden van 2018 72.400 werkoriëntatiegesprekken met WW’ers gevoerd. Het ging om 2 groepen WW’ers:

  • WW’ers die volgens de Werkverkenner maximaal 50% kans hebben om binnen 1 jaar volledig op eigen kracht een baan te vinden.

  • WW’ers met een theoretisch betere kans op de arbeidsmarkt, bij wie we op basis van aanvullende informatie inschatten dat er toch extra ondersteuning nodig is.

We maken in deze gesprekken afspraken over de (sollicitatie)activiteiten die de klant zal ondernemen en controleren, ook via de digitale persoonlijke Werkmap van de WW’er, of deze voldoende en serieus solliciteert.

 

2018

 

t/m augustus

Aantal werkoriëntatiegesprekken

72.400

Met WW'ers met een zwakke of matige arbeidsmarktpositie

30.900

Met WW'ers met een goede of zeer goede arbeidsmarktpositie

22.600

Met WW'ers die de Werkverkenner niet hebben ingevuld

18.900

We hebben 82% van de werkoriëntatiegesprekken met de mensen met een zwakke of matige arbeidspositie (0–50% kans op werkhervatting binnen 1 jaar) binnen 4 weken na aanvang van hun WW-uitkering gevoerd. Hiermee voldoen we aan de met het ministerie van SZW afgesproken norm van 80%.

Werkplannen

Aan iedere WW’er met wie de adviseur werk een werkoriëntatiegesprek heeft gevoerd, sturen we een werkplan. Daarin staan de afspraken die de adviseur werk met de klant heeft gemaakt over diens inspanningen om weer aan het werk te komen. Wanneer is afgesproken om aanvullende dienstverlening in te zetten, dan zijn de afspraken daarover ook in het werkplan opgenomen. In de eerste 8 maanden van 2018 is een werkplan met aanvullende dienstverlening opgesteld voor 43% van de 41.900 nieuwe WW’ers met een zwakke of matige arbeidsmarktpositie, en voor 21% van de 93.100 nieuwe WW’ers met een goede of zeer goede arbeidsmarktpositie. In totaal zijn in de eerste 8 maanden van 2018 48.200 werkplannen met aanvullende dienstverlening opgesteld.

 

2018

 

t/m augustus

Aantal opgestelde werkplannen met aanvullende dienstverlening

48.200

Voor WW'ers met een zwakke of matige arbeidsmarktpositie

18.000

Voor WW'ers met een goede of zeer goede arbeidsmarktpositie

20.000

Voor WW'ers die de Werkverkenner niet hebben ingevuld

10.200

Monitor- en coachingsgesprekken

We hebben in de eerste 8 maanden van 2018 19.700 monitorgesprekken gevoerd met WW’ers die niet zijn uitgenodigd voor een werkoriëntatiegesprek en na 6 maanden nog steeds werkloos zijn. We bespreken dan met de klant de voortgang van diens sollicitatieactiviteiten, aan welke aanvullende dienstverlening hij of zij behoefte heeft en we gaan na of er mogelijkheden zijn om over te stappen naar een ander beroep, eventueel met behulp van scholing. Verder hebben we 63.000 vervolggesprekken gevoerd, de zogeheten coachingsgesprekken. Tijdens zo’n gesprek bieden we de klant verdere ondersteuning en reiken we handvatten aan waarmee hij actief en gemotiveerd naar werk kan blijven zoeken.

Effectmeting

We zijn, in overleg met het ministerie van SZW, op 1 december 2017 gestart met een meting die inzichtelijk moet maken wat de toegevoegde waarde is van persoonlijke dienstverlening aan WW’ers. We meten daarvoor de effecten van de persoonlijke dienstverlening op de uitstroom naar werk en de arbeidsmarktpositie van werkzoekenden op langere termijn. Verder onderzoeken we of de persoonlijke dienstverlening kosteneffectief is. Omdat we ook de langetermijneffecten onderzoeken, zal een eindrapport pas in 2022 verschijnen. In het voorjaar van 2020 verwachten we een eerste rapport over de tussenstand.

Samen met gemeenten

We willen de klant, als het einde van de WW in zicht is, niet zomaar loslaten. In alle arbeidsmarktregio’s zijn inmiddels zogenaamde max. WW‑trajecten gestart, waarbij UWV en gemeenten hun krachten bundelen om doorstroom naar de bijstand te voorkomen. Zo begeleiden we in Noord‑Holland samen met gemeenten deze WW’ers intensief naar een nieuwe baan. Daarbij kijken we uitgebreid naar hun cv. De helft van de mensen die we met zo’n traject begeleiden, zijn 50 jaar of ouder en hebben hun baan verloren omdat het beroep verdwijnt. Het gaat dan bijvoorbeeld om administratieve banen.

Onder leiding van het Lectoraat Duurzaam HRM van de Hanzehogeschool Groningen is, samen met de Hogeschool Inholland en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, een praktijkonderzoek uitgevoerd in hoeverre de activeringsregimes van UWV en gemeenten op elkaar aansluiten. Hierbij is onder andere gekeken naar de aanpak in Drechtsteden, ’s‑ Hertogenbosch en Rotterdam en op de Werkpleinen Drentse Aa en Fivelingo. Belangrijke succesfactoren blijken onder andere een vaste contactpersoon voor persoonlijke benadering en intensieve begeleiding, een goede samenwerking tussen gemeenten en UWV in het maximale WW‑traject en een gedeelde visie op de benadering van re‑integratie.

Ook voor WW’ers die geen aanspraak kunnen maken op een bijstandsuitkering blijven we ons inspannen om hen alsnog aan werk te helpen.